De gemeenteraad keurt, voor het aanslagjaar 2024, de vestiging van 944 opcentiemen op de onroerende voorheffing, goed.
484.111
Er wordt voorgesteld om voor het aanslagjaar 2024 een belastingvoet van 944 opcentiemen op de onroerende voorheffing te vestigen, net als gedurende de voorbije jaren om een gezonde financiële basis te behouden.
Het decreet lokaal bestuur, artikel 40§3 en 41,14°; 285-288, 330-334
De grondwet, inzonderheid artikel 170§4
Het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid artikel 464/1,1° over de vestiging van opcentiemen
Het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit, artikel 2.1.4.0.2 en artikel 3.1.0.0.4
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gecoördineerde onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit
Voor een gezonde financiële toestand van de gemeente is het noodzakelijk om de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het aanslagjaar 2024 vast te stellen op 944 opcentiemen, net als gedurende de voorbije jaren.
Artikel 1:
De gemeenteraad beslist om, voor het aanslagjaar 2024, 944 opcentiemen op de onroerende voorheffing te vestigen.
Artikel 2:
De vestiging en de inning van de gemeentebelasting gebeuren door toedoen van de Vlaamse Belastingdienst.
Artikel 3:
Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024.
Artikel 4:
De dienst financiën bezorgt een kopie van dit besluit aan het agentschap Vlaamse Belastingdienst, Onroerende Voorheffing, Vaartstraat 16, 9300 Aalst.